Aflevering 44 – waarin Ollie Marokko bezoekt (1)
Je moet dit even weten, vooraf zal ik maar zeggen. Reclame was in het midden van de jaren ’70 geen vak. Nou ja, het is het nog steeds niet, maar dit terzijde. Toen trof je in de reclamewereld vooral mislukkelingen aan. De vormgevers waren gesjeesde kunstenaars, de copywriters gemankeerde romanschrijvers en de met weelderige titels als account executive versierde meiden en jongens mislukte call girls en boys. Ze konden voor hun werk vragen wat ze wilden, want de opdrachtgevers hadden geen flauwe notie van wat het geleverde werkelijk waard was. Met De Zes konden we ons dus probleemloos als volwaardig bureau aandienen, want wij snapten er geen snol van, maar de andere bureaus ook niet. Ik kon nog bogen op mijn getuigschrift van de Proza Academie, de meeste copywriters waren niet verder gekomen dan een zwemdiploma. Ongelijke strijd dus. Ik leg u dat allemaal even uit om te verklaren waarom een nieuw en extreem onervaren bureau met klanten als Yamaha aan de haal kon gaan: we waren niet slechter dan de rest en ik wist tenminste nog iets van het product motorfiets af...
Bij De Harde Heraut had de legendarische Koos Meulman school gemaakt als bekwaam, kritisch en virtuoos schrijvend autoredacteur. De man was zelden op het redactiekantoor present, omdat hij elke week wel door een andere automaker in een tropisch oord werd vermaakt. En Meulman liet zich de reisjes, hapjes, drankjes, dames en andere geschenken met waardigheid aanleunen. Als hij terugkwam had hij altijd wel een klokje, vulpen, leren jack, zonnebril of druiper als herinnering meegekregen. Meulman had een prijzenswaardige minachting voor mijn schrijfstijl die hij bondig omschreef als ‘meestal gelul en bij hoge uitzondering gewauwel’. Hij haatte motorfietsen, liep weg met Saab en testte auto’s door ze plankgas om het IJsselmeer te racen.
Toen de hoge heren De Zes vroegen eens na te denken over de introductie van de o zo nieuwe, o zo Britse XT500 herinnerde ik mij d’aloude Meulman en de manier waarop de autoboys hem aflebberden. En dus ontstond het plan de motorjournalisten (die had je toen nog!) niet zoals gebruikelijk op een kletsnat circuit van Zandvoort te confronteren met Yamaha’s nieuweling, maar op een aanzienlijk vrolijker stemmende locatie: een vakantiepark in Marokko. Daar was het in februari lekker weer, daar kon je met de XT door het zand raggen, daar was marihuana vrij verkrijgbaar. We hoorden van diverse vrienden dat de Club Méditerranée in Marrakech bevolkt werd door naar intimiteit hunkerende meisjes die onderbetaald en oversekst wareen. En dus werd een plan geschreven dat voorzag in een langdurig researchproject ter plekke om te bepalen of – ik citeer- ‘de locatie, de faciliteiten en de kwaliteit van het assisterende personeel adequaat zijn om een zo belangrijk evenement als de internationale persintroductie van Yamaha’s nieuwste geesteskind waardig en met optimaal publicitair effect mogelijk te maken binnen de door de directie aangegeven communicatieve kaders.’ Einde citaat. Ze vroegen om een begroting en hoewel de kosten in de tonnen liepen, werd binnen vijf minuten ja gezegd. En het Nederlandse bedrijfsleven zich maar afvragen waarom Japanse fabrikanten zo succesvol waren.
En dus kreeg Prof. Ollie Peilkens VSOP van De Zes de opdracht naar Marrakech af te reizen om zich in de toestand ter plaatse te verdiepen. Ik vond vier weken echt nodig om de opdracht naar behoren uit te voeren. Op de eerste dag van het werkbezoek ontmoette ik de plaatselijke Yamaha-dealer, een buitengewoon attente man die geen enkele motorfiets verkocht, maar toch een officiële aanstelling bleek te bezitten. Hij gaf mij ogenblikkelijk een flink pak van een lokale marihuanavariant, versneden met kruizemunt, cadeau, loodste me langs de lekkerste tentjes en meisjes en waarschuwde me: nooit een lokaal meiske de Club mee in nemen. Dan komt de familie aan de poort en heb je twee opties: trouwen of afkopen. Ik moest me dus behelpen met de Françaises die bij en in de Club werkten.
Nagekomen mail van Karel: zet svp even een stukje op Oliepeil dat De avonturen van Ollie Peilkens begin oktober in boekvorm (paperback, 160 pagina's) verschijnen, voor € 15,- per stuk. De eerste 25 bezoekers van de Ollie Peilkensdag krijgen een gratis exemplaar! Zeg nog maar even niks over die speciale T-shirts die we ook weggegeven.